Het Bijbelb oek Micha behoort tot de twaalf zogenaamde  'kleine profeten'. Het is genoemd naar de hoofdpersoon, de profeet Micha van  Moresheth, en bestaat uit heilsorakels en onheilsorakels die elkaar afwisselen.  Micha inventariseert de zonden van het volk Israël, zoals oneerlijke handelspraktijken, geweldpleging, en het verheerlijken van materieel bezit en  afgoden (met name de Baäl-cultus). Alleen bekering tot de HEER kan het volk nog  redden en haar toekomst veiligstellen. In dit boek zijn enkele prachtige passages  te vinden waarin nederigheid en geweldloosheid benadrukt worden als deugden die  nagestreefd dienen te worden. Beroemd is Micha 4:4, ‘Dan smeden zij hun  zwaarden om tot ploegscharen en hun speerpunten tot snoeimessen;’. Deze passage  is ook aanwezig in het boek Jesaja en heeft als beeld gediend voor vele  pacifistische initiatieven. Een andere, veel geciteerde passage is Micha 6:8,  waarin de mens word opgeroepen tot nederigheid: ‘De HEER heeft u gezegd wat  goed is, mens, en wat Hij van u verlangt: Hij wil niets anders dan dat u recht  doet, en de trouw eerbiedigt, en dat u nederig wandelt met uw God.’
oek Micha behoort tot de twaalf zogenaamde  'kleine profeten'. Het is genoemd naar de hoofdpersoon, de profeet Micha van  Moresheth, en bestaat uit heilsorakels en onheilsorakels die elkaar afwisselen.  Micha inventariseert de zonden van het volk Israël, zoals oneerlijke handelspraktijken, geweldpleging, en het verheerlijken van materieel bezit en  afgoden (met name de Baäl-cultus). Alleen bekering tot de HEER kan het volk nog  redden en haar toekomst veiligstellen. In dit boek zijn enkele prachtige passages  te vinden waarin nederigheid en geweldloosheid benadrukt worden als deugden die  nagestreefd dienen te worden. Beroemd is Micha 4:4, ‘Dan smeden zij hun  zwaarden om tot ploegscharen en hun speerpunten tot snoeimessen;’. Deze passage  is ook aanwezig in het boek Jesaja en heeft als beeld gediend voor vele  pacifistische initiatieven. Een andere, veel geciteerde passage is Micha 6:8,  waarin de mens word opgeroepen tot nederigheid: ‘De HEER heeft u gezegd wat  goed is, mens, en wat Hij van u verlangt: Hij wil niets anders dan dat u recht  doet, en de trouw eerbiedigt, en dat u nederig wandelt met uw God.’