Lucepedia

Digitale theologische encyclopedie

Verantwoordelijke redacteur dossier: Jan Brouwers
Dossiers » Martelaren van Gorcum » introductie » H.H. Martelaren van Gorcum

H.H. Martelaren van Gorcum



Marteldood in Brielle

In 1568 begon de Nederlandse opstand tegen Spanje, de Tachtigjarige Oorlog. Aanvankelijk leek deze opstand op een fiasco uit te lopen. Maar de inname van Brielle, op 1 april 1572, betekende een definitieve wending. Het was het eerste succes voor de opstandelingen die onder leiding van Willem van Oranje tegen het Spaanse bewind in de Nederlanden streden. In de loop van 1572 sloten de meeste Hollandse steden zich aan bij de opstand. Dit leidde tot een verbod op de uitoefening van het katholieke geloof en tot een vervolging van katholieken en in een aantal steden werden katholieke geestelijken vermoord.

Negentien van de slachtoffers kwamen uit Gorinchem. Deze stad had zich op 26 juni 1572 overgegeven aan de opstandelingen. Een dag later veroverden ze de nabijgelegen vesting waar veel katholieken uit de stad zich hadden verschanst. De geestelijken onder hen werden dagenlang gemarteld zodat ze hun geloof zouden afzweren. Dit veroorzaakte onrust in Gorinchem en daarom werden de gevangenen naar Brielle overgebracht. Daar werden ze op 9 juli 1572 terechtgesteld in een schuur van een voormalig klooster. Willem van Oranje had hun vrijlating gelast, maar hij had de watergeuzen nauwelijks in de hand.

Wereldnieuws

Het nieuws van hun dood verspreidde over de katholieke wereld dankzij verslagen die familieleden van de slachtoffers wisten te maken van de folteringen die ze te verduren hadden gehad. De verslagen werden geschreven in het Latijn en vertaald in verschillende andere talen. Zo werden de martelaren voorbeelden van standvastig geloof én van de gruwelijke praktijken van de protestanten.

Daarna kwamen de verhalen in omloop van wonderen die zouden zijn gebeurd op voorspraak van de martelaren van Gorcum. Het klooster en de bijgebouwen waar de feiten zich voltrokken hadden waren afgebroken, maar katholieken konden de plaats nog steeds aanwijzen. Heimelijk deden ze opgravingen om resten van de martelaren veilig te stellen en naar Brussel over te brengen. In 1621 gaf de paus toestemming om deze relieken te vereren en in 1675 werden ze zalig verklaard. Hun relieken raakten verspreid over verschillende kerken in de Zuidelijke Nederlanden.

Symbolen van emancipatie

Gedurende de negentiende eeuw werden de Martelaren van Gorcum symbolen van de emancipatie van de Nederlandse katholieken. Ze probeerden hun relieken, die zich nog steeds in België bevonden, te verwerven en gingen ervoor pleiten dat ze heilig zouden worden verklaard.

Overigens heeft onderzoek in de archieven van het Vaticaan aangetoond dat de Nederlandse bisschoppen geen voorstander waren van een heiligverklaring van de martelaren omdat zij de protestanten in Nederland niet wilden provoceren. Maar dat nam niet weg dat de aandacht voor de martelaren in Nederland gedurende de negentiende eeuw toenam.

Met name de Haarlemse bisschop G.P. Wilmer (1861–1877) – Brielle behoorde toen nog tot zijn bisdom – had oog voor het historisch belang van de martelaren. De inname van Den Briel was een van de hoogtepunten in de vaderlandse geschiedenis: het was het eerste succes in de opstand tegen Spanje. Wilmer wilde hier tegenover een katholiek accent plaatsen door erop te wijzen dat veel katholieken ondanks vervolging door de opstandelingen trouw bleven aan hun geloof.

Daarbij kon hij zich baseren op het werk van J.G. Bootz die van 1838 tot 1845 pastoor was geweest in Brielle en die de oorspronkelijke getuigenissen over de dood van de martelaren had bestudeerd. Daarbij had hij ook weten te achterhalen dat de schuur die in die tijd werd beschouwd als de plaats waar de martelaren de dood hadden gevonden, pas na hun dood was gebouwd. Vervolgonderzoeken wezen uit dat de schuur had gestaan op een weide met een vijver, die traditioneel door de katholieken als een heilige plaats werd beschouwd, zonder te weten waarom.

Brielle bedevaartsoord

Zo kwam vast te staan waar de martelaren waren omgekomen. Er was nog wel een probleem: de grond was in het bezit van een protestantse stichting. Het bisdom wist echter in 1865 via een stroman de hand te leggen op het terrein. Dit tot woede van de protestanten. Het mocht niet baten: in 1867 kwamen de eerste pelgrims om de martelaren te gedenken die in dat jaar heilig waren verklaard en in 1880 werd het bedevaartsoord ingewijd. Sindsdien is het een van de populairste bedevaartsoorden in Nederland. Zoals op veel van dergelijke plaatsen nam de belangstelling na 1960 sterk af, maar nog steeds komen er jaarlijks duizenden pelgrims naar Brielle.



Bron: Tilburg School of Catholic Theology, met dank aan Jan Brouwers.