Adriaan Soeting, Kleursymboliek in het boek Openbaring, in: Interpretatie 20,5 (2012), p. 15-18.
Samenvatting
Wit staat in onze cultuur symbool voor alles wat schoon en smetteloos is. Ook bij Johannes speelt wit een grote rol. Als contrast tot kleuren als rood, purper en zwart verwijst het wit in Openbaring naar zuiverheid, reinheid. ‘Laten uw kleren altijd wit zijn’, maant hij met een woord van Prediker (9:8).
In de Apocalyps van Abraham 11,2 wordt een engel getekend met ‘haar wit als sneeuw’, in Openbaring 1:14 wordt de ‘Mensenzoon’, Christus, getekend met het epitheton van God zelf. Met zijn haren ‘wit als witte wol’ wordt hij tot de hoogste waardigheid verheven. In het slot van zijn boek wordt het beeld van de smetteloze kleding herhaald: ‘Zalig die hun gewaden wassen’ (Op. 22:14). De volgelingen van het Lam zullen leven in een nieuw Jeruzalem, tot in de eeuwen der eeuwen, in hemelse feestkledij, dat wil zeggen, in witte kleren. Tussen het wit van het begin en het einde schenkt Soeting ook aandacht aan de andere kleuren in de Apocalyps van Johnnes, in het bijzonder aan de kleuren van de vier paarden.